vrijdag 24 april 2009

De baas draagt een bolhoed

Thuis in de DVD-kast heb ik een verzamelbox staan met een aantal afleveringen van de TV-serie "Are You Being Served?". Are You Being Served is een serie van de BBC uit de jaren zeventig en speelt in een warenhuis, Grace Brothers. De hoofdrolspelers in die serie zijn de drie verkopers van de herenmode-afdeling, de twee verkopers van de damesmode-afdeling, de "Floor walker" (zeg maar de teamleider) en het afdelingshoofd.

Het hoofdthema van de betreffende aflevering is de inzakkende verkopen. Het afdelingshoofd wil daarom een denktank organiseren - zeg maar een brainstormsessie - zodat iedereen met ideeën kan komen om de verkopen te stimuleren. De goede ideeën worden door het afdelingshoofd vervolgens naar "boven" verkocht als zijnde zijn eigen ideeën. Maar naast dit hoofdthema loopt als rode draad door het verhaal een heel gedoe met hoeden. Het gaat er om wie welke hoed op dient te hebben - vreemd genoeg geldt dit trouwens enkel voor de heren van het personeel.

Het begint als Mr. Rumboldt Captain Peacock binnen ziet komen met een bolhoed op zijn hoofd. Naar de mening van Mr. Rumboldt kan dit echt niet en hij spreekt Captain Peacock er dan ook gelijk op aan: bolhoeden dienen alleen gedragen te worden door afdelingshoofden en hoger management. Niet door Captain Peacock. Iemand met zijn functie dient iets op zijn hoofd te zetten wat een Homburg wordt genoemd en dat geldt ook voor Mr. Grainger als senior verkoper. De ander twee heren van de herenmode-afdeling dienen een pet of een vilthoed te dragen. Nogal gepikeerd na deze korte lezing over hoeden legt Captain Peacock zijn hoed weg en tekent het aankomstregister.

In de volgende scene komt Mr. Humphries binnen. Hij blijkt een Homburg op te hebben en dat valt Captain Peacock direct op. Hij besluit om er direct wat van te zeggen en aldus zijn irritatie kwijt te raken door naar beneden te schoppen. Nu is Mr. Humphries dus eveneens gepikeerd. Als Captain Peacock weer een scene later ook Mr. Lucas onder handen neemt - die helemaal geen hoed op heeft - is de sfeer op de herenmode-afdeling niet bepaald goed meer. Als Mr.Rumboldt vervolgens na sluitingstijd een vergadering wil beleggen, stuit hij op nogal veel tegenstand, want de heren moeten allemaal direct weg "om een nieuwe hoed te kopen". Mr. Lucas merkt zelfs nog op dat hij "een hoed moet kopen die bij zijn miezerige functie past".

Aan het einde van de aflevering hebben alle heren uiteindelijk de hoed op die ze van Mr. Rumboldt dienen te dragen. Ze staan op het punt om naar huis te vertrekken als Young Mr. Grace - de eigenaar van de winkel - binnenkomt en de autoriteit van het afdelingshoofd onderuit haalt door tegen Captain Peacock te zeggen dat zijn Homburg hem niet staat. Hij zou een bolhoed moeten kopen en die ten allen tijde dragen........

Ook al is de serie in kwestie een parodie, ik zou niet graag in dat warenhuis willen werken. Het gedoe met de hoeden is symbolisch voor de hele manier waarop ze met elkaar omgaan. "Rangen en standen moeten er zijn" wordt wel eens gezegd, en die serie is dat duidelijk zichtbaar, van het Common-Sense-denken hebben ze duidelijk geen kaas gegeten. Alle karakters slijmen naar boven en schoppen naar beneden en spreken hun superieuren nauwelijks tegen (tenzij ze daarmee kunnen "scoren" uiteraard). Het lijkt me uitermate frustrerend, en ik ben blij dat ik niet bij een bedrijf werk waar het er zó aan toe gaat!

Ciao,
Ingrid.

To explore strange new worlds...

Had ik een poosje geleden een paar weken dat ik afleveringen van Zorro keek – noodgedwongen via YouTube – op het moment heb ik de gewoonte opgepikt om Star Trek afleveringen te kijken. Dat hoef ik niet via Youtube te doen, want ik heb tien DVD-boxen in de kast staan. Drie van de originele serie en zeven van The Next Generation. En met TNG ben ik nu bezig.
Ik ben lekker onlogisch begonnen met de laatste aflevering van het laatste seizoen en werk zo terug tot aan het begin. Omgekeerd chronologisch dus. Maar wederom valt het mij op dat ik sinds mijn Common Sense cursus anders naar dingen kijk dan voorheen. Ik kijk bijvoorbeeld anders naar het door de Starship-captains getoonde leiderschap.

Een mooie tegenstelling op dat vlak is te vinden in de aflevering "Chain of Command". In die aflevering (hij is nogal lang en dus in twee stukken gehakt; eigenlijk dus twee afleveringen) wordt er vanuit het Cardassische Rijk een bepaald soort straling opgevangen. Ik weet niet meer wat voor straling, maar dat maakt voor het verhaal niet uit. In elk geval wordt onze Captain Jean-Luc Picard het commando van de Enterprise ontnomen en hij wordt op een missie gestuurd naar Cardassië om de bron van de straling te ontmantelen. Eénmaal bij de bron blijkt dat het om een val gaat, Captain Picard wordt gevangen, gemarteld (hoort er bij in Cardassië) en aan het eind van de aflevering bevrijd. Zijn commando over de Enterprise wordt overgenomen door ene Captain Edward Jellico.

De tegenstelling tussen die twee is immens.
Zo groot als de Grand Canyon ongeveer.

Captain Picard is iemand is die zegt: "Als ik wil dat jullie springen, beleg ik een vergadering in welke ik van jullie wil horen of dat een goed idee is en welke alternatieven er zijn". Alleen in een direct noodgeval – waarvan er meer dan genoeg in de serie zijn trouwens – treedt hij daadkrachtig op. Voor de rest geeft hij zijn bemanning graag alle ruimte om hun mening te ventileren en hij luistert ook echt naar die meningen.

Hij heeft dan ook een bemanning die bestaat uit zelfstandige, mondige en pro-actieve mensen die voor hem door het vuur gaan (in één aflevering zelfs bijna letterlijk).

Captain Jellico blijkt heel anders in elkaar te zitten. Hij blijkt iemand te zijn die simpelweg zegt: "Als ik zeg spring, dan springen jullie. En wel nu. En wel omdat ik de baas ben en jullie niet en je doet maar wat ik zeg". Die houding valt bij de bemanning van de Enterprise niet in goede aarde, First Officer William Riker en Counselor Deanna Troi doen wat ze kunnen. Met als effect dat Commander Riker op non-actief wordt gesteld en Counselor Troi "in charge of moral" wordt gemaakt (pardon??). Naarmate het commando van deze Captain Jellico langer duurt, zie je steeds meer mensen van hoog tot laag de hakken in het zand zetten, en heeft de Captain steeds meer moeite om zijn bevelen uitgevoerd te krijgen.

Aan het eind van het verhaal keert Jean-Luc Picard terug als Captain van de USS Enterprise, en heel de bemanning haalt opgelucht adem.


Of Captain Picard strikt Common Sense handelt weet ik niet zo goed – volgens mij gaat hij af en toe misschien wel een beetje "de fout in" - maar ik weet wel onder wie ik liever zou dienen als ik bij Starfleet zou zitten!

Captain Picard is mijn voorbeeld, een leider als hij wil ik ook worden.

Ciao,
Ingrid.

Bonus, bonus en bonus

Het bedrijf waar ik werk kent al jaren een bonus. Hoe die bonus er uit ziet, wisselt nog wel eens, maar een vorm van bonus is er altijd. Momenteel zijn The Powers That Be aan het nadenken over de constructie zoals die vorig jaar gebruikt werd en of dat wel handig is. Gecombineerd met de nieuwsberichten over bonussen de laatste tijd zette dat bij mij ook wat radertjes in beweging.


Want waarom bestaat een bonus eigenlijk?

Ik veronderstel dat het ooit begonnen is omdat je iemand die goed zijn best gedaan heeft en hard gewerkt heeft en goede kwaliteit afgeleverd heeft iets extra’s toe wilt stoppen. Als beloning omdat hij het zo goed gedaan heeft. Maar als je daar een of andere vage regeling voor hebt, gaan mensen vragen "Waarom krijgen Jantje en Pietje wel een extraatje en Klaasje niet?". En dat moet de baas dan weer gaan uitleggen en moeilijk doen enzo.
Volgende logische gedachte is - denk ik - dan "We gaan iets bedenken wat je duidelijk kunt meten, dat is objectief en eerlijk". En dan krijg je de problemen. In elk geval in mijn werk. Want aantal gewerkte uren kun je meten, en aantal regels programatuur misschien ook nog wel, maar hoe meet je of iemand een goede kwaliteit code afgeleverd heeft? En hoe meet je of iemand efficient gewerkt heeft? En hoe meet je of iemand de klant netjes te woord heeft gestaan, en of de klant tevreden is over het bedrijf? Als je niet regelmatig onderzoek daarnaar laat doen weet je dat niet, en als je daar wel onderzoek naar laat doen twijfelen mensen natuurlijk weer aan de betrouwbaarheid van dat onderzoek.

Als ik dan terugga naar mijn situatie, vraag ik me af of een bonus nu echt wel zin heeft. Ga ik daar echt harder mijn best voor doen?
Ga ik daar echt harder door werken?

Nou nee.

Dat ik erg mijn best doe en hard werk is voor mij een kwestie van eer (en fatsoen). Goede kwaliteit programmatuur afleveren is voor mij een kwestie van beroepstrots.

Bonus of niet

Wel beschouwd vind ik het krijgen van een bonus voor simpelweg hard werken zelfs beledigend. Denkt De Baas soms dat ik anders ga lopen lanterfanten? Dat ik dus een onbetrouwbare minkukel ben? Een bitch die alleen maar aan zichzelf denkt en never nooit niet aan het bedrijf waar ze werkt? Die met het vooruitzicht van een leuke zak geld in het korset gewrongen moet worden?

Dan denkt hij verkeerd!
Ik ben een harde en betrouwbare werker, bonus of geen bonus, o zo!

Dus hou die bonus maar, ik denk dat ik liever winstdeling heb.

Ciao,
Ingrid.

vrijdag 10 april 2009

Beschaving der dingen

Laatst hoorde ik op de radio een reclame van SIRE. Ze hadden het over onbewust asociaal, en verwezen daarbij ook naar een website die bij die campagne hoorde. Ik was nieuwsgierig geworden en nam eens een kijkje op die website.

Er stonden een aantal reclamefilmpjes op over dingen waar ik me af en toe behoorlijk aan kan ergeren: voordringen als je in de rij staat omdat je iemand ziet die je kent, gewoon doorbellen met je mobiele telefoon terwijl je probeert af te rekenen; dat soort dingen. Vooral het filmpje met de mobiele telefoon zette me aan het denken, want zo’n ding heb ik ook. In tweevoud zelfs: een voor het werk en een voor privé.

Eigenlijk is een telefoon best wel een onbeschoft ding.
Mobiel of vast, dat maakt niet uit.

Of je nu bezig bent of niet maakt het ding niet uit. Hij gaat toch af
Of je in gesprek bent of niet maakt het ding niet uit. Hij gaat toch af.
Of je in het theater zit of niet maakt het ding niet uit. Hij gaat toch af.


Wat goed dat er een uit-knop zit op een telefoontoestel!

Ciao,
Ingrid.