zaterdag 29 september 2012

Het leek wel een achtbaan

Sinds een paar weken ligt mijn moeder in het ziekenhuis. Ze had chemotherapie gehad, en was daardoor extra vatbaar voor virussen en zo. Toen ze een paar weken geleden ongeveer negenendertigeneenhalve graad koorts had, vond het ziekenhuis dat ze maar beter kon blijven. En ik geef ze volkomen gelijk, ook al dacht Mama er anders over (het is maar koorts hoor, zei ze).
Het herstel van Mama ging met ups en downs. Het leek wel een achtbaan. Gelukkig heb ik een hele fijne, warme familie, en een paar hele fijne goede vrienden om me heen. In nood leert men zijn vrienden kennen, zeggen ze, en het is zo.
De koorts was na een dag of vier weg - up - maar toen bleek ze vocht vast te houden - down. Ze zou er medicijnen voor krijgen - up - maar die sloegen niet aan - down. Dus moest ze gedialyseerd worden om alle vocht uit haar weefsel te halen en haar bloed te zuiveren van afvalstoffen. Alles zou goed komen - up. En toen leek het de goede kant op te gaan. Binnen een paar dagen was ze door de dialyse zes kilo lichter. Mijn familie en ik waren daar erg blij mee. Wel viel het ons op dat ze hele zware koortsuitslag had, en soms ook een beetje snufferig was. Alsof ze verkouden was, of zou worden.

Op een zondag kwam ik in het ziekenhuis bij haar op bezoek. Ze had een zuurstoffles aan haar bed hangen en een kapje op. Dat was toch wel een down. Het bleek dat ze benauwd was geweest die nacht. Heel erg benauwd. Ze was ook wat vaag, er niet helemaal bij, maar ja als je zo benauwd bent dat je extra zuurstof nodig hebt, lijkt dat ook wel logisch. Maandag zou ze naar de KNO-arts die haar benauwdheid zou behandelen. Toch weer een kleine up. Het zou vast wel weer helemaal goed komen.
Maandagochtend werd ik naar het ziekenhuis geroepen. Mama was helemaal in de war, en ook wel in paniek. Samen met een tante ging ik naar het ziekenhuis om te kijken wat er precies aan de hand was. Dat was een hele flinke down. We zijn de hele dag in het ziekenhuis geweest. Mama zo er aan toe te zien, dat brak mijn hart in wel tien miljoen stukjes. En de harten van mijn familie ook. Gedurende de week ging het langzaamaan beter met haar. Samen klauteren we uit het dal van die diepe down terug naar een up.

Gisteren vertelde Mama dat de dokters er naartoe willen werken dat ze volgende week woensdag of zo naar huis mag. Alle stukjes van mijn maandag gebroken hart zijn weer aan elkaar gegroeid tot één liefhebbend geheel. Het kopje koffie terwijl de zon door de ramen gluurt smaakt vandaag extra lekker.

Na die achtbaan van vandeweek is het heerlijk om te genieten van de simpele dingen. De zon die schijnt, een lekker kopje koffie. Even rustig op de bank zitten niksen. Toch al kostbare momenten, die nu extra kostbaar zijn.

Het zijn toch echt wel de kleine dingen die het hem doen.

Ciao,
Ingrid.

donderdag 27 september 2012

Call me honey - songtekst


Al een poosje ben ik hiermee bezig, en eindelijk vind ik in ieder geval het liedje zover af dat de songtekst publicabel is. Op de muziek moet nog even gewacht worden, daar heb ik niet zoveel tijd voor gehad de laatste tijd helaas. Soms zijn andere dingen eventjes belangrijker dan schrijven :(.

Every now and then I get so lonely
An empty house when coming home from work
There's no one to cook me dinner
No one to talk to tonight

And at those moments I wonder:

Will anybody call me honey
Will anybody call me love
Will anybody say I love you
Give me a shoulder to cry on
Will anybody 
hold 
me 
tight

Now sometimes my friends invite me over
A joy-filled house when coming home from work
She did her best to cook a great dinner
People to joke around with today

And I wonder whether I need:

To have somebody call me honey
To have somebody call me love
To have somebody say I love you
To have someone's shoulder to cry on
To have somebody 
holding 
me 
tight

Late at night, I come home from dancing
A peaceful house awaits me tonight
I pour a drink and lay down on the sofa
My thoughts are churning over everything today

And then I realize:

That I myself can call me honey
That I myself can call me love
Say to the mirror I love you
The teddybear his shoulder to cry on
All my friends are
holding
me
tight.

I wanna look at the things I have
Look away from things I have not
Realize 
the little things are so important
Be happy with 
who 
am

Now I will call myself honey
Now I will call myself  my love
say to the mirror I love you
the teddybear's shoulder to cry on
My loving friends are 
holding 
me
tight
--------------------------------------------------------------

Normaal breng ik gedichten op dit blog uit onder de licentie cc-by-nc-nd, maar voor deze songtekst maak ik een uitzondering. Licentie op Call me honey is CC-BY. 

donderdag 20 september 2012

Regenbogen en kabouters


Nu het weer herfst wordt en het dus weer regelmatig regent, kom je weer regelmatig regenbogen tegen. Ondanks dat ik weet hoe zo’n regenboog ontstaat (zie wikipedia), of eigenlijk meer dankzij dat ik weet hoe zo’n ding ontstaat - geweldig toch! - , vind ik het een wonder van de natuur. Helemaal als je ook de bijboog ziet. 

Vandeweek was ik onderweg naar het ziekenhuis toen ik even verderop een werkelijk prachtige regenboog zag. Ik zette mijn auto op een parkeerhaventje bij Kardinge en ben even uitgestapt om de boog te bewonderen. Hij was heel helder, en je kon de hele boog zien. Ik kreeg het gevoel alsof ik hem aan kon raken. En de bijboog, de tweede boog, was ook te zien. Redelijk helder zelfs. Een eindje verderop eindigden de twee bogen in een weiland. Eventjes werd ik er helemaal stil van. 

En eventjes geloofde ik heel vast in elfjes en kabouters. Ook al was er geen pot met goud aan het eind van de regenboog te vinden :)

Ciao,
Ingrid.

maandag 17 september 2012

Zon en regen


Veel mensen houden van zonneschijn. Daar worden ze vrolijk van, iedereen is dan buiten en mensen gaan overal heen met bijna niks aan want het is warm. En als het te warm is,  wat het gauw is in de zomer, kunnen ze lekker klagen over de hitte. Mensen klagen graag. Meestal hou ik ook wel van zonneschijn. Lekker op een terrasje zitten, als het wat koeler is in de zon en als het wat warmer is in de schaduw. Maar vaak is het me gauw te warm en dan vlucht ik naar de koelte van het huis of, als ik in de stad ben, naar de koelte van de airgeconditioneerde bioscoop. 

En dan op een gegeven moment is de zomer voorbij en begin iedereen te jammeren en te klagen over die rottige regen. Wat de fietsers betreft kan ik me er wel wat bij voorstellen. Ik heb vaak genoeg met een natte spijkerbroek in de schoolbanken gezeten om te weten dat dat echt niet prettig voelt. En wat auto's betreft weet ik dat sommige mensen moeite hebben met de ruitenwissers. Een dansleraar van mij had vroeger altijd moeite met het onderscheiden van de witte strepen op een nat wegdek 's avonds. Dus ja, regen heeft zo zijn nadelen.

Maar regen heeft ook zijn voordelen. Soms ga ik expres lopen als het regent. Een goede jas aan, capuchon of plu, en dan luisteren naar het getik van de regen op de paraplu. Of zonder paraplu en gewoon nat worden. Het is tenslotte niets wat een handdoek niet oplost. Maar wat ik ook wel fijn vind, vooral tijdens een harde bui, is om in de auto te zitten. En dan luisteren naar het tikken van de regen op het dak. Soms als ik thuis ben, en ik zie dat het hard gaat regenen op de buienradar, ga ik gauw in de auto zitten. Alleen maar om dat tikken te kunnen horen. 

Zo heerlijk rustgevend is dat.

Ciao,
Ingrid.

donderdag 13 september 2012

Nikserig liftgesprekje


Ik stond te wachten op de lift, omdat ik van de parkeergarage naar boven het ziekenhuis in wou. Er kwam een lift aan, waar een meneer in stond. Ik keek niet of de lift naar boven of beneden ging, maar stapte gewoon in.

"ik ga eerst nog naar beneden hoor" zei de liftmeneer.
"o, dat geeft niet", antwoordde ik.
"heb je toch een stukkie extra".
"Ja", zei ik, "een rondje van de zaak".

En toen waren we op de min-derde verdieping en moest hij uitstappen.
Als ik nou heel hip en modern koptelefoontjes opgehad had, met muziek er op, had ik dit kleine nietserige liftgesprekje zomaar gemist.

Ciao,
Ingrid

dinsdag 11 september 2012

Schrijfcafé


Een poosje geleden zag mijn moeder in de krant een stukje over iets wat schrijfcafé werd genoemd. Echt veel details gaf het stukje niet, maar er stond wel een website bij, www.schrijfplek.nl geheten. Daar stond al iets meer. Het was kennelijk bedoeld voor iedereen die schrijft. En voor iedereen die wil gaan schrijven. Ook als je denkt dat je dat niet kunt.

Zondagochtend was het zover: de eerste schrijfcafé. In het Feithhuis in de Sint Jansstraat. Ik was er op tijd, want met de volgende bus zou ik tien minuten te laat zijn geweest. Het Feithhuis was nog dicht. Ik pakte mijn telefoon en kwam er achter dat het etablissement om half elf open ging. Ik ging op een muurtje bij de Martinikerk zitten wachten. Lekker in de zon. Gaandeweg verzamelden zich meer mensen. Als ze allemaal voor het schrijfcafé kwamen, zouden we best met een leuk groepje zijn. 
Toen het Feithhuis éénmaal open was, dromde iedereen naar binnen. We moesten met minimaal drie mensen aan een tafeltje gaan zitten. Toen iedereen een plekje had, begonnen we direct. De eerste regel waar we ons aan moesten houden, was dat we niet mochten oordelen. Enkel luisteren. En we mochten ook niet oordelen over onszelf. Zelfs niet stiekem. Als je over jezelf wou oordelen, deed je dat maar nadat het was afgelopen. En toen begonnen we meteen. Met één woord, en daarna vijf regels schrijven. Precies vijf. En daarna drie minuten schrijven, en woorden onderstrepen en daar dan weer over schrijven. De juf noemde het associatief schrijven. De verhalen die we aan elkaar voorlazen, waren ontzettend leuk om naar te luisteren. En fascinerend. We begonnen allemaal met ongeveer hetzelfde en toch kwamen er zulke verschillende verhalen uit. En zo moeilijk was het niet eens om zo te schrijven. Ook de mensen die schrijven moeilijk vonden, vonden het zo helemaal niet zo moeilijk. Nou ja, omdat je niet mag oordelen, ook niet over jezelf, wordt de drempel natuurlijk wel veel lager. 

De volgende keer ga ik weer. En ik ga ook die manier van schrijven voor mezelf proberen. Wie weet wat er allemaal uit komt!

Ciao,
Ingrid.

maandag 10 september 2012

Als je allleen over straat loopt: over Femme de la Rue


Dit stukje had ik al een poos in de pen staan. Lang heb ik getwijfeld of ik het op mijn blog zetten moest. Uiteindelijk doe ik het toch maar. Want niet publiceren is struisvogelpolitiek. En struisvogelpolitiek lost meestal niet zoveel op. 



Een poosje geleden heeft een Vlaamse cineaste voor haar eindwerk een reportage/documentaire gemaakt over wat zij op straat vlakbij haar huis beleeft. Meer specifiek, over wat zij allemaal te horen krijgt. Elke dag weer. De documentaire heet "femme de la rue" en is http://www.humo.be/actua/147624/bekijk-femme-de-la-rue-de-documentaire-video <-- daar te vinden. Een poosje na het in premiere gaan van deze documentaire heeft nrcnext er een stukje aan gewijd. Toen ik het stukje van nrcnext las, waren er al meer dan vijfhonderd reacties binnengekomen. Veel ervan met akelig bekend klinkende verhalen.

Als je over praat met mannelijke kennissen, wordt het meestal weggelachen of weggehoond. Je krijgt te horen dat je er niet zo zwaar aan moet tillen, dat het onschuldig bedoeld is, en het is maar plagen en je bent zelf toch ook jong geweest. Ik leerde dat het geen zin had om er over te praten want het werd steevast gebagatelliseerd. Ik overdreef, het viel allemaal heus wel mee. Ik moest me niet zo aanstellen.

Op een gegeven moment leer je er mee leven, negeren en gauw doorlopen wordt een pavlov-reactie. Kennelijk is dat soort gedrag van mannen normaal of zo. Ze doen immers allemaal alsof het normaal is. Totdat je een documentaire ziet van een jonge Brusselse cineaste, die er voor koos om dat niet normaal te vinden. Dan ga je nadenken en besef je weer dat dat inderdaad niet normaal is. 
En je realiseert je, dat het gevolg is, dat ook echt oprecht complimenteus bedoelde onschuldige opmerkingen gewantrouwd worden. Dat je door je aangekweekte wantrouwen onschuldige, het wel goed bedoelende, mannen laat lijden onder de fouten van een kwaadwillende minderheid.

Dat je niet meer in durft te gaan op een onschuldige uitnodiging om ergens koffie te gaan drinken of een terrasje te pakken. Dat je nekharen recht overeind gaan staan als je een uitnodiging krijgt voor een jam-sessie.

Ik heb besloten om er schijt aan te hebben (nou ja, voorzover dat niet ál te onverstandig is dan). Nederland is een vrij land, en ik heb het recht om te dragen wat ik wil en te lopen waar en wanneer ik wil. Dat moeten wij vrouwen ons niet zomaar af laten pakken omdat een stelletje minderwaardige klunzen dom doen op straat. En ik ga weer bewust nadenken over wie ik wel en niet vertrouw. Mezelf die wantrouwende pavlov-reactie afleren. De meeste mannen bedoelen het wél goed en zijn wél te vertrouwen. En misschien, als de idioten dan weer vuile hoer naar me roepen, vind ik wel de moed om me om te draaien en terug te roepen: "ja dat zou je wel willen hè?" 

Misschien.

Die documentaire is een goed idee.
Nu zien mensen tenminste wat er echt gebeurt. We overdrijven niet. We zijn geen drama queens. We stellen ons niet aan. Dit gebeurt dagelijks in vele steden. Ik ben hierin niet alleen. Het ligt niet aan mij. Ik ben een mens, geen eigendom, en ik hoef niet met mij te laten sollen omdat anderen misschien vinden dat dat “hoort” of dat vrouwen minder zijn of wat dan ook. 

Ik  hoop dat er nu in ieder geval serieus over gepraat kan worden. Want je kunt pas een oplossing voor een probleem bedenken als je erkent dat het probleem bestaat.

En @Sofie Peeters: Meid, ik bewonder je! Zet hem op!

Ciao,
Ingrid  

zaterdag 8 september 2012

Verhalen zijn de baas

Veel gedichten en verhalen
Hangen in de lucht
Geduldig wachtend
Om te worden verteld

Bijgezet in de annalen
Zowel treurdicht als klucht
Lang smachtend
Naar iemand die zich openstelt

Mijn hart gaat open
Ik begin te tikken
Ze komen binnengekropen
En ik kan ze er niet uit mikken

Verhalen en gedichten komen op papier
Verhalen en gedichten nemen bezit van mij
Ik ben hun nederige tikgeit
Wil ze aan het papier snel kwijt

Verhalen spoken rond in mijn hoofd
Ik zit er bij als verdoofd
Kan er niet van slapen
Zit steeds maar weer te gapen

Als ik het opgeschreven heb
Is het vuur geblust
Eindelijk, zalige rust
Tot het volgende verhaal mij wakker kust

Groen en geel - twitterdicht en haiku

In de bus scheen de zon een twitterdicht mijn hoofd in:

In het groen
De eerste gele blaadjes
Herfst nadert

Later bedacht ik me dat hij ook als haiku kan:

In het mooie groen
De eerste gele blaadjes
De herfst nadert rap

woensdag 5 september 2012

Gedachtenlezende kok

Een weekje vakantie heb ik. Grootse plannen heb ik niet, gewoon een beetje thuis zijn, relaxen, misschien een keertje een dagkaart kopen voor de trein of zo. En verder gewoon een weekje leuke dingen doen. Toen mijn collega's vroegen waar ik heen ging, zei ik dat ik naar Tuinesië ging. En toen iemand vroeg waar dat lag, zei ik:"ten westen van balkonaria".

Dinsdag had ik ineens zin om in de stad te gaan eten. En ik dacht "ach waarom doe ik dat niet gewoon, al is het een doordeweekse dag? Ik heb ja vakantie!". Na wat twijfelen viel de keuze op het goudkantoor om er een echt uit-eten-ding van te maken. Het maandmenu was in Groninger mosterd gemarineerde biefstuk. Dat leek me wel wat, dus met een simpel voorgerecht er bij was ik helemaal verkocht. Ergens stond dat maaltijden geserveerd werden met onder andere frietjes.
Terwijl ik mijn voorgerecht op zat te peuzelen, zat ik dromerig te denken aan de tijd dat ik nog in Boxmeer gedetacheerd was. Ze stopten me toen meestal in hotel "Het wapen van Boxmeer" en daar was ik dik tevreden mee omdat dat hotel wijd en zijd bekend stond om zijn gastronomische geneugten. Een van die geneugten was een fijne portie gegratineerde aardappeltjes. Dat had ik sindsdien niet meer gehad en terwijl ik in het Goudkantoor mijn voorgerecht zat te eten, had ik ineens zo'n zin in gegratineerde aardappeltjes!

Toen het hoofdgerecht kwam, wist ik zeker dat bij het goudkantoor een gedachtenlezende kok werkt: er zat een portie gegratineerde aardappelen bij de biefstuk.

Ciao,
Ingrid.

maandag 3 september 2012

Oortjes, oortjes en oortjes

Zondagochtend vroeg. Nou ja, vroeg. Een uur of elf, dus eigenlijk laat. Maar vroeg voor de café's. Als je op dat moment in de stad bent, zijn alle café's net open en zijn overal mensen bezig met het neerzetten van tafels en stoelen voor het terras. Ik ga op een terrasje zitten dat ongeveer half af is. Een meneer is bezig de andere helft van het terras af te maken en even verderop is een meneer van de concurrent bezig met precies hetzelfde. Het valt me op dat ze allebei muziek-oortjes in hebben (en dat ze elkaar geen blik waardig gunnen).

Ook in de bus en de trein valt me dat vaak op. Iedereen heeft wel een of andere vorm van koptelefoon op. En dan zitten ze op een bankje met de ogen aan de telefoon vastgeplakt, te sms-sen of te whatsappen of iets dergelijks. Helemaal teruggetrokken in hun eigen wereldje, en zo min mogelijk te maken willen hebben met de mensen om hen heen. Dat vind ik erg jammer. En de mensen (mannen :) meestal) die wel kijken, kijken in eerste instantie naar mijn boezem. Dus daar krijg ik ook maar moeilijk oogcontact mee (hoewel ik dan stiekem wel denk dat ze wel in zijn voor een andersoortig contact dan oogcontact, maar dat wil ik dan weer niet...).

Soms wil ik ook wel eens koptelefoontjes over de oren dragen. Op die momenten dat je in de stad of zo loopt en iemand nare dingen naar je roept. Zo van die "Femme de la Rue"-achtige dingen (zelf googlen). Maar koptelefoontjes sluiten je toch wel erg af van de wereld, dus doe ik het toch niet. Want je hoort ook aardige mensen niet meer. Je weet wel, die mensen die goedemiddag zeggen bij de bushalte, en als je dag terugzegt beginnen ze misschien wel een gezellig kletspraatje over het weer of zo. Die in de bus naast je komen zitten en waarmee je op de een of andere manier heel de rit gezellig zit te kletsen over niks. En dan ben je bij de halte waar je er uit moet en denk je: "goh wat jammer dat ik er uit moet".

Vroeger droeg ik ook vaak een koptelefoontje, en zat het "grote en vooral boze buitenwereld"-idee stevig in mijn hoofd. Groot gebracht met vermaningen om nooit met vreemde mannen mee te gaan (want er liepen kinderlokkers rond in onze buurt - nu zouden dat pedofiele mensen heten denk ik) zat het wantrouwen sterk verankerd. Nu draag ik nooit meer een koptelefoontje en draag ik altijd mijn hoortoestelletjes. Want op de keper beschouwd zijn de meeste mensen eigenlijk best wel aardig. Af en toe kom je iemand tegen die niet aardig is, nou ja, dat is dan pech. Maar de meeste mensen zijn best wel oké.

Weg met de koptelefoons en leve de hoortoestelletjes!

Ciao,
Ingrid.

zondag 2 september 2012

Droomouders - alweer een gedicht

zij is diep in slaap en droomt
van ouders lief en aandachtsvol
kinderdromen goudgerand omzoomd
haar slapend gemoed schiet vol
Voor huilen is zij niet meer bang
In haar slaap glijdt een traan over haar wang

droomouders die haar knuffelen en omhelzen
geliefd en diep gelukkig voelt zij zich
droomouders fluisteren haar toe
"wij houden van je, lieve wicht"
haar slaperige droomogen vallen toe

wakker wordt zij, geheel verfrist
de mooie droom is weliswaar voorbij
maar droomouders blijven haar altijd bij

zaterdag 1 september 2012

Rok met petticoat - een gedicht

Het was qua gedichten best wel een vruchtbare dag vandaag. Vanochtend een leuke fifties rok aangetrokken omdat ik er zin in had, kreeg in de stad veel bekijks en dat resulteerde in dit:


Ik loop in de stad
In een rok met petticoat
En een jasje helderrood
Bewondering op mijn pad

Waarderende blikken krijg ik
Mensen groeten mij en kijken me na
Waar ik vandaag ook ga of sta
Ik voel hun bewonderende blik

Vandaag voel ik me mooi
Vandaag ben ik van goede zin
Zo gekleed in fifties tooi
Voel ik me net een koningin

Zonneschijn - een elfje

De zon scheen zo vrolijk toen ik op een terrasje koffie zat te drinken. Hij scheen zomaar dit elfje mijn hoofd in.

Geel
Lachende mensen
Overal heerst vrolijkheid
Zonneschijn in de stad
Zomer