vrijdag 12 april 2013

De ochtendstond heeft goud in de mond


De laatste tijd ben ik vroeg wakker. Meestal zo tegen zes uur, of zeven uur. Omdat de wekker doordeweeks zo vroeg afgaat, zal dat er wel in zitten, zo is de eerste gedachte. Maar van de winter, toen het immers heel laat licht was, was dat wel anders. Tegen negenen werd ik toen meestal wakker. Moe, onuitgerust. Met moeite sleepte ik mezelf het bed uit tegen tienen. Met heel langzaam ontbijten en heel langzaam douchen en aankleden en alles, was het al gauw noen voordat ik kon zeggen dat ik echt op en wakker was. Het leven was saai, en het moest maar en ik had nergens zin in. Moest mezelf mentaal een schop onder het achterwerk geven om zelfs de simpelste dingen te doen.

Maar nu het weer vroeg licht is, en later donker, is dat heel anders. Zo tussen vijf en zes uur 's ochtends word ik meestal wakker. Even lig ik dan nog lekker te dommelen en te relaxen, en als ik daar genoeg van heb, sta ik op. Zo tussen zes en zeven dans ik energiek en vrolijk mijn bed uit en de badkamer in. Wat een verschil! En dat goedgemutste houdt nog heel de dag aan ook, ik zak pas in als het Grote Licht 's avonds weg is. Alsof mijn energie mét de zon ondergaat.

Het overduidelijke voordeel van zo vroeg energiek wakker worden, is dat je zo veel kunt doen. Doordeweeks heb ik al voordat ik naar mijn werk ga eventjes gitaar-geoefend. En vrijdags, de vaste vrije dag en de vaste boodschappendag, sta ik om acht uur 's ochtends in de winkel. Tegen half negen, als het woonwerkverkeer goed op gang gekomen is en iedereen chagrijnig op de fiets zit of bij de bushalte staat, sta ik alweer thuis de boodschappen op te bergen en koffie te zetten. En dan heb ik nog een heerlijk lange dag om zoveel leuke dingen te gaan doen. Zoals een dagje naar Bourtange of Emmen, of lekker koffie drinken in de stad bij het Goudkantoor en dan naar de bios voor de matinee.

Waar het precies door komt, sja, ik denk het licht. Eigenlijk kan ik me helemaal niet herinneren lichtgevoelig te zijn. Toch ben ik het tegenwoordig duidelijk wel. Echt een kind van het licht en de zomer!

dinsdag 9 april 2013

Wat is dat toch met knuffelen?


Een kennis van mij doet aan verhalen vertellen. Daar verdient hij zijn brood mee. Ik had nog nooit de kans gehad om één van zijn workshops bij te wonen, dus toen hij mailde dat hij eentje ging geven waar ik naartoe kon, zei ik meteen ja. 

Dus toog ik naar Leeuwarden, naar de WTC Expo. Daar was een beurs waar hij ook een stand had, en waar hij zijn workshop zou geven. Al lang las ik trouw elke week het verhaaltje op zijn blog, nu zou ik hem eindelijk in levenden lijve horen vertellen. En in levenden lijve, da’s toch anders dan op het grote, anonieme internet. Niet elke schrijver is het gegeven om ook goed te kunnen vertellen. 

Het werd een aangename avond, met een leuk, herkenbaar en goed verteld verhaal. Lekker veel variatie in de stem, gebaren, gezichtsuitdrukkingen. Hier stond duidelijk iemand die het énig vond om verhalen te vertellen. Workshop geslaagd dus. Wat vreemd genoeg vooral in mijn gedachten bleef hangen, was de begroeting. We kennen elkaar uit de ICT, vroeger waren wij collega’s. En in de ICT heerst - in mijn ervaring althans - een soort ongeschreven regel dat je elkaar “aanraakloos” begroet. Je mag de ander de hand schudden, maar dat is het ook wel. Een hand op de schouder is al heel frivool.

Maar onze verhalenverteller trok zich niets aan van die regel, en gaf mij, oude bekende, een dikke knuffel als begroeting. Dat maakte mij verrast, aangenaam verrast, maar toch verrast. Dat had ik dus niet verwacht. Toen ik er later over vertelde, riepen sommige mensen in mijn omgeving direct: “kijk maar uit hij wil wat van je”. Maar zo voelde het helemaal niet. Het voelde gewoon. Gewoon een gezellige dikke knuffel. Gewoon van, gôh wat we hebben we elkaar lang niet gezien, en wat leuk dat we elkaar nu wel zien. Een Welshe vriendin van mij noemt zo een knuffel een “cwtch” (spreek uit: “kudsj”). Volgens haar is dat een Welsh woord, en betekent dat een platonische knuffel. Een gewone knuffel dus. Gewoon, omdat je het leuk vindt om elkaar weer eens te zien.

En iedere keer komen de reacties van toen weer in mijn hoofd terug. Waarom die reacties? Waarom denken mensen direct “hij zal je wel in bed willen”? Is dat omdat ze dat echt geloven, of is dat meer omdat zij zelf dat wel willen en die wens op mijn verhaal projecteren?
In dat laatste geval heb ik toch heel veel meer stille aanbidders dan ik dacht, eigenlijk. 

In ieder geval, ze kunnen me wat. Ik hou van mijn vrienden en knuffel en cwtch gewoon door. Of anderen er nou wat van denken of niet. Pûh.

vrijdag 5 april 2013

Van Efteling naar pantomime

Zo rond pasen ben ik een paar dagen naar de Efteling geweest. Mensen die mijn social-media-profielen een beetje volgen, is dat vast niet ontgaan, want ik was zo blij dat ik ging dat ik het ongeveer letterlijk van de daken schreeuwde. Maar ik was dan ook al heel lang niet meer geweest. De laatste keer dat ik in de Efteling was, stond Pegasus er nog en was de Sprookjesboom net nieuw. Hoog tijd dus om weer eens te gaan en alle nieuwe dingen te bewonderen.

Voordat ik ging, had ik via facebook contact gezocht met een van de acteurs van een entertainment-act die zo tussen 2000 en 2003 in de Efteling rondliep. Ik had namelijk een aantal video-opnamen teruggevonden, en de VHS-banden waar die op stonden, gedigitaliseerd. En als je eenmaal een sloot mp4-tjes hebt, is het een kleine moeite om die op usb-stick te zetten en te bezorgen. Ik was ja immers toch in Brabant, en dus hartstikke in de buurt. Dat maakte het een kleine moeite, waar ik toch weer iemand een groot plezier mee kon doen.

Na wat over-en-weer gefacebookt te hebben, wed besloten dat ik inderdaad de opnamen op usb bij hem mocht bezorgen. Het werd een gezellige avond vol met opgehaalde herinneringen en weet-je-nogs en uitgewisselde verhalen van "wat doe jij tegenwoordig". Uiteindelijk was ik nog maar net op tijd voor sluitingstijd in mijn hotel terug.

Maar het bezoek bleef wel hangen in mijn hoofd, en niet alleen omdat hij en zijn vrouw sympathieke en charmante mensen bleken te zijn. Toen ik namelijk zijn adres opzocht op zijn website, zag ik dat hij iets met pantomime doet. En ik weet echt helemaal niks van pantomime. Nou ja, af en toe zie je in de stad een levend standbeeld staan. En ik heb ooit wel wat filmpjes gezien van Laurel&Hardy en van Charlie Chaplin. Maar dat is het dan ook wel. Gelukkig zijn google en wikipedia dichtbij en meestal wel redelijk accuraat. Dus heb ik tijdens het tikken van dit stukje even op internet gezocht. Want nieuwsgierig.

Wat me het duidelijkst opviel, waren de foto's. De mime-artiesten die je vindt als je zoekt, hebben veelal wit-gesminkte gezichten met van die zwarte strepen bij de ogen, zwarte of zwartwit-gestreepte kleding, en witte handschoenen. Ik vraag me af waarom dat is; iemand moet toch ooit met die kennelijk typische "mime-dresscode" begonnen zijn. Volgens mij ga ik nog maar eens een partijtje op internet zoeken, want hoe meer ik lees en surf, hoe nieuwsgieriger ik word naar het waarom.

maandag 25 maart 2013

Accepteren waar je het niet mee eens bent, is soms best lastig.


Soms heb ik een periode dat ik weer even helemaal Star-Trek-fan ben. Dan zit ik in mijn vrije tijd thuis voor de buis om alle DVDs van de originele serie of The Next Generation serie te kijken. Zo rond de feestdagen had ik weer zo'n periode, en omdat er een heleboel heel verschillende culturen op de ruimteschepen rondlopen, krijg je soms dingen voorgeschoteld die je maar heel raar vindt.

Zo is er een aflevering, Half a Life geheten, waarin de flamboyante Lwaxana Troi verliefd wordt op een zekere Timicin. Deze wetenschapper is aan boord van de Enterprise als Lwaxana aan boord komt, en hij is bezig met een serie experimenten. Ze worden verliefd op elkaar, en alles lijkt in eerste instantie op een "ze leefden nog lang en gelukkig"-sprookje, totdat Lwaxana, tegelijk met de kijker, er achter komt dat Timicin op het punt staat om aan een ritueel te beginnen dat in zijn cultuur de “Resolution” heet. 
Dat blijkt een ritueel te zijn dat ze op Timicins thuisplaneet uitvoeren als ze zestig jaar worden, en dat feitelijk een rituele zelfmoord is. Hij probeert aan Lwaxana (en daarmee gelijk aan ons kijkers) uit te leggen dat het beschouwd wordt als iets moois en nobels; je bespaart je kinderen de vernederingen van de ouderdom. Na wat meer uitleg komen we er achter dat in die cultuur waardigheid en zelfstandigheid heel belangrijk zijn, en dat men liever zichzelf het leven beneemt dan weggestopt te worden in een bejaardentehuis, of hun kinderen de schande van mantelzorg te moeten aandoen. 
Totaal niet mijn kopje thee, maar goed, het is dan ook een totaal andere cultuur waar het om gaat.

Iedere keer dat ik die aflevering zie kan ik er met mijn hoofd niet bij, bij die gedachtengang. Ik vind die hele Resolution maar niks. Onze Lwaxana snapt het ook niet, en doet alles wat ze kan om Timicin er van te overtuigen dat hij niet door moet gaan met het ritueel. Maar ze verliest uiteindelijk, want Timicin besluit om het toch te doen. Waarop ze ruzie krijgen en niet al te vriendelijk afscheid nemen.

Maar in de volgende scène, waar Timicin de transportkamer binnenkomt om naar zijn thuisplaneet te vertrekken, ziet hij dat Lwaxana staat te wachten met een klein koffertje bij zich. "Het is toch de gewoonte dat de mensen die van je houden bij je zijn met die resolution?", vraagt ze. Hij knikt. "Nou dan!", zegt ze en gaat zeer beslist op één van de transporterpads staan.

En dat vind ik dan toch wel weer ontzettend bijzonder.

woensdag 20 maart 2013

Soms is het makkelijker dan je denkt

Afgelopen weekend wandelde ik weer eens door de binnenstad, met mijn fotocamera om mijn nek. Mijn compactcamera uiteraard, want de DSLR vind ik eigenlijk té om overal mee heen te slepen. Maar zo'n klein compactcameraatje past makkelijk in mijn handtas-rugzak-dinges-geval, zelfs met zijn opberghoesje er om heen. In de stad zag ik een hoop dingen, waaronder dit:

CC-BY-SA Ingrid Jansen

Dat vond ik een erg mooi detail op dat gebouw. Een erg mooie foto kon ik er niet van breien op dat moment, maar die blauwe patroontjes vond ik toch erg mooi en ik dacht dat ik daar in photoshop vast wel leuk mee kon oefenen. En dat heb ik vandeweek gedaan.
Een detail heb ik er uit gepakt, en dat gekopieerd en vier keer geplakt. Drie van de kopieën heb ik gespiegeld, en toen alles netjes aan elkaar gezet, zodat je een vierkant kreeg.
Dat vierkant heb ik gekopieerd en geplakt, steeds weer, net zolang totdat het wel een beetje op zo'n herhalend patroon begon te lijken dat je op islamitische gebouwen enzo wel ziet.

Het was wel wat hannesen in het begin, want ik wist precies wat ik wel en niet wou kopiëren en ik selecteerde steeds net te veel of net te weinig in de originele foto. Uiteindelijk heb ik maar een te groot stuk uit de originele foto geselecteerd en gekopieerd in een nieuwe psd, en daarna net zolang stukje bij beetje bijgecropt totdat ik tevreden was. En dat daarna dus verdubbeld.

Toen het eenmaal af was, was het eigenlijk best wel saai. Dus besloot ik om één van de patroontjes andere kleuren te geven.

Uiteindelijk kreeg ik dit:
Anders en toch gelijk
CC-BY-SA Ingrid Jansen
En had ik geleerd dat het eigenlijk helemaal niet moeilijk om heel precies te selecteren en kopieren. Veel makkelijker dan ik dacht, in elk geval, met een beetje handigheid.

zondag 17 maart 2013

Poffertjeskraam gespot

Het is koud en nat buiten. Natte smurrie die geen sneeuw en regen is, maar iets kouds er tussenin, valtdwarrelt uit de lucht. Mijn benen hebben zin in wandelen en beweging. Mijn hoofd vindt het veel te koud en te vies weer buiten, en blijft liever met een goed boek op de bank hangen. Voor de zekerheid stop ik toch maar die stadswandelingkaart in mijn handtas voordat ik naar de bushalte loop. Eigenlijk heb ik toch wel zin om een eindje te lopen. Morgen moet ik weer stilzitten.

Het is al half maart, maar volgens het weer is het nog januari. 's Ochtends doordeweeks voelt dat heel raar. Dan stap ik in de auto en ga naar mijn werk als het al licht is, maar toch ligt er sneeuw. 's Nachts vers gevallen en dooit in de loop van de dag weer weg. Daar denk ik aan als ik bij de bushalte sta te wachten. Vandaag hoef ik niet te werken, vandaag is het zondag. Ik bedenk me dat over twee weken de zomertijd in gaat, en dat de poffertjeskraam ook over een paar weken wel weer zal komen. Allemaal tekenen dat de lente naderbij zou moeten komen. Zelfs al werkt Koning Winter nog niet echt heel erg mee.

Op de grote markt stap ik uit de bus en kijk naar de overkant. De drie gezusters is nog dicht, en het goudkantoor ook. Ook in de binnenstad is het koud, nat en onaangenaam weer. Ik besluit om even bij de forumbouwstrip langs te lopen en daarna te gaan wachten onder de abn-amro-bank. Even uit de wind en uit de nattigheid wachten tot de koffie open gaat. Als ik sta te wachten dringt het ineens tot me door waar ik eigenlijk naar sta te kijken. Twee wagens staan op de grote markt, en er lopen een paar heren om heen. Ik ken die wagens. En die heren ook. De Meneer Met De Grote Snor, de PoffertjesMeesterBakker, herkent me en zwaait. ik zwaai vrolijk terug.
De poffertjeskraam wordt kennelijk opgezet vandaag.

"Joepie!", denk ik bij mezelf. Ik zie in de verte de deuren van de drie gezusters open gaan en besluit nu koffie te gaan drinken en om binnenkort gauw poffertjes te gaan eten. Volgend weekend misschien, of vandeweek tijdens de lunchpauze. Want vanaf morgen of zo kan het dus weer, blijkbaar. Ook al zal het de eerste winterse weken nog wel een koude bedoening blijven, daar in die poffertjeskraam. Maar ach. Wat maakt kou eigenlijk uit? Je zit er droog en uit de wind, met de heerlijke lucht van poffertjes in de neus te mensenkijken naar wat er allemaal gebeurt op het plein en te dromen van de zomerwarmte.

Ja, ik ga beslist binnenkort poffertjes eten.

donderdag 14 maart 2013

Dansende Sprookjes en Superhelden

Fifties-plus-size roodkapje,
zelfportret.
CC-BY-SA Ingrid Jansen

Afgelopen weekend hadden ze op de dansschool een bal. Nou ja, dansavond. Thema-dansavond. Het thema was “Sprookjes en Superhelden” en er was al ver van tevoren over getamtamd, zodat iedereen ver van te voren al bezig was met de vraag “Als wie ga ik me verkleden?”. Voor mij is het dan de sport om iets leuks en creatiefs in elkaar te fröbelen zonder iets te kopen. Gewoon op basis van wat je hebt, of eventueel kunt lenen van een vriendin. Soms lukt dat, soms niet. Na een duik in mijn kledingkast besloot ik dat ik óf als roodkapje, óf als heks kon gaan. Ik moest nog ergens een puntige heksenhoed hebben van ooit. Helaas kon ik die heksenhoed ook na naarstig zoeken niet terugvinden, dus werd het roodkapje. Ergens vond ik dat jammer, want een heks had ik eigenlijk wel leuk gevonden. En dan zo gothic mogelijk, met die typische zwart lippenstift en nagellak en zo meer. Maar dat ging niet, het moest roodkapje worden. Maar dan wel een roodkapje á la Rubense Schone natuurlijk!

Op de avond zelf bleek al gauw dat ik niet de enige was, we waren met drie roodkapjes die avond. Maar wel drie totaal verschillende roodkapjes, zodat het was alsof we zusjes waren die alledrie van onze moeder een rood kapje gekregen hadden. Er was een geëmancipeerde roodkapje, met een broek aan en helemaal modern en hip. De tweede roodkapje was een sexy roodkapje, met een pakje aan dat zo te zien rechtstreeks bij Christien Le Duc vandaan kwam en waar ik eventjes jaloers op was; zoiets zou ik nou nooit kunnen dragen en het was erg mooi en gedurfd. De derde roodkapje was dus mijn fifties-plus-size-roodkapje. 
Het was énig om rustig langs te kant te zitten en te kijken naar hoe mooi mensen zich verkleed hadden. Dansers zijn duidelijk een heel creatief slag mensen, want mensen hadden alles behalve bananenschillen gebruikt om zich zo sprookjes- en superheldachtig mogelijk uit te dossen. 

Sommigen, zoals de dansleraar bijvoorbeeld (die was Aladdin), hadden een heel kostuum geregeld. Anderen hadden een masker of een hoedje of iets dergelijks geregeld en dat aangevuld met passende kleding uit de eigen garderobe. Echt helemaal geweldig! Een heer had zelfs het lef gehad om zich als Assepoester te verkleden, met een pruik-met-kroontje op en een van zijn danspartner geleende jurk. Je moet de moed maar hebben om dat te durven doen. Respect!

Drie heren waren verkleed als Zorro. Stiekem hoopte ik van tevoren al dat iemand dat zou doen. Zorro is tenslotte eigenlijk wel zo’n beetje de originele superheld, nou ja, op een gedeelde eerste plaats met Hercules misschien. Superheld avant la lettre. Maar er waren dus niet eén, maar drie Zorro’s! Leuk! Drie Zorro’s om te bewonderen! En alledrie beweerden ze dat zij de echte Zorro waren, en de anderen alleen maar bedriegers :) Jaja….. 
Even dacht ik dat er een vierde, vrouwelijke Zorro rondliep, maar bij nadere kennismaking bleek zij BatWoman te zijn. Dat was ook wel erg leuk, want veel vrouwen hadden toch wel gekozen voor traditionele rollen - ik was daar ook schuldig aan - , maar zij ging dus duidelijk als iemand die haar mannetje/vleermuisje wel kon staan.

En ook Clark Kent was er, keurig in pak, met onder zijn tot onder het borstbeen open hangende overhemd zijn superman-shirtje. Dat open overhemd waaronder het knalblauwe shirt met feelgeel/felrood superman-logo net te zien was, echt goed bedacht. Subtiel maar toch zo duidelijk. 
Shrek was er met zijn hele gezin. Eerst wist ik niet eens wie Shrek was (één van de Shrek-kinderen begon meteen met uitleggen zodat ik weer helemaal bij ben met de tegenwoordige sprookjes) maar na even googlen zag ik dat het een hele mooie en echt goed lijkende Shrek was. En een van de heren had zich verkleed als kikkerkoning, met groene kleren, een kikkermasker en een kroontje. En er was een heus erg gevaarlijk uitziende ninja. 

En iedereen danste met zoveel plezier!
Het was een énige avond!